Die hond gaat hij ooit nog eens
afschieten, hij slaat aan op alles
wat beweegt. Zij vindt het eng, en
veegt de vloer, vloekt als haar moeders
vaas zaliger aan diggelen valt.
Ze zingen hun gewoonlijke melodie en
vliegen af en aan om hun kroost te
voeren. Slaan alarm bij elk onheil. Als
je goed luistert hoor je ze piepen. De
kat vangt onzichtbare vliegen.
Hij neemt nog maar een slok, verdiept
in het schrijven negeert hij nu het
onafgebroken gebrek aan aandacht
wat over het stenen plein echoot.
Zij praat met de logerende Gerbera.
De buren komen binnenkort terug
van vakantie.
Conny Lahnstein